Al vanaf midden zestiger jaren is fotografie mijn grote hobby. Kort nadat ik was begonnen met fotograferen werd de behoefte om alles te beïnvloeden groot en ging ik zelf ontwikkelen en afdrukken. Begin 2000 maakte ik de overstap van het analoge naar het digitale tijdperk.
Mijn voorkeur gaat uit naar landschaps-fotografie en portretten bij bestaand daglicht. Verder de alom bekende familiekiekjes en vakantie foto’s.
Midden jaren 60 was alles nog analoog en heb ik vele meters film verschoten. Om de kosten te drukken kocht ik rollen kleinbeeldfilm van 30 meter en vulde daarmee dan de cassettes. Kort nadat ik was begonnen met fotograferen werd de behoefte om alles te beïnvloeden groot en ging ik zelf ontwikkelen en afdrukken. Hiervoor was uiteraard een doka nodig met de daarbij horende schalen, tangen en ontwikkeltanks. De eerste doka beginselen leerde ik van een oud-collega van mijn vader. Tegenhouden en doordrukken werd gaandeweg geleerd. De eerste afdrukken waren klein, 6×9 of 10×13, maar gaandeweg werden ze steeds groter: 40×50, 50×60 en 60×70.
Het ging in het begin allemaal op kleinbeeld, 24×36 mm. Landschappen deed ik liever met een 6×6 2-oog camera, dat gaf mooie vergrotingen. Alles wat de moeite was werd vastgelegd, maar niet altijd afgedrukt.
In de loop der jaren heb ik de verschillende analoge camera’s gebruikt
- Mamya/Sekor en Asahi Pentax, beiden kleinbeeld spiegelreflex camera’s met dezelfde lensvatting, de M42 schroefdraad. Hierbij verschillende lenzen: Mamya/Sekor 55 mm f/1.8, Varexon 35 mm f/2.8, Prestina 35-70 mm f/3.5-5.5 en Flexomat luxe 85-205 mm f/3.8
- Lubitel II (6×6 twee-oog die na 2 jaar kapot was, kostte toen maar 40 gulden)
- Yashica Mat 80 mm f/3.5 (6×6 twee-oog).
Toen kwam het digitale tijdperk en gingen we weer helemaal los. Geen films meer kopen en indraaien. Direct zien wat je gedaan had. Prachtig was dat, maar de afdrukken waren op den duur toch wel wat prijzig. Dus ook dan weer zelf gaan afdrukken. En die werden ook steeds groter, zelfs tot het A3+ formaat. Maar ook hier weer niet alles wordt afgedrukt.
Rond 2003, inmiddels 20 jaar geleden, kocht ik mijn eerste digitale camera, een Minolta dImage 7 (5 megapixel, compactcamera, cropfacor ca. 4). Die werd gaandeweg opgevolgd door een Sony A580 (spiegelreflex, APS-C) met 3 lenzen: een korte en een wat langere zoomlens en een prime van 90 mm (ingeruild, geen gegevens beschikbaar).
Momenteel werk ik met een Sony A7III, een fullframe spiegelreflex met lenzen van Tamron (28-75 mm f/2.8 en 70-300 mm f/4.5-6.3) Voor macrofotografie gebruik ik een close-up lens van Nisi.
Ik doe heel weinig aan nabewerking. Ik gebruik PaintShop Pro om zo hier en daar iets weg te poetsen of wat bij te werken (in de achtergrond bijvoorbeeld) en de belichting iets op te halen door het wat lichter of donkerder te maken. Verder het enigszins kroppen van een opname maar niet teveel.
Een opname moet bij mij vanaf het begin goed zijn. Dat is nog iets vanuit het analoge tijdperk, daar kon je ook alleen wat doordrukken of tegen houden bij het afdrukken.